Intimiteit en seksualiteit

Thema avond maandag 24 juni, 19.30 – 22.00 uur Wageningen

Als we ons willen verbinden met anderen komt allereerst ons vermogen om de hoek kijken om intiem met iemand te worden. Intimiteit betekent de ander toelaten in onze persoonlijke ruimte, de ideeën en gevoelens van de ander binnen laten komen en vice versa onze eigenheid delen met de ander. Het gaat om uitwisseling, wederkerigheid en oprechtheid.
Vanuit intimiteit kan een relatie, als we daar voor open staan, ook seksueel van aard worden. De behoefte om ons te verbinden ligt hier aan ten grondslag.

Onze allereerste moment om de behoefte aan verbinding te bevredigen is wanneer we als baby uitreiken. Een baby maakt onmiddellijk oogcontact. Hij/zij gaat zelf op zoek naar de moederborst om zijn/haar dorst te lessen. Als aan deze behoeften voldoende wordt voldaan kunnen we spreken van een gezonde start in dit leven.

Naast de hierboven beschreven ideale start zijn er allerlei varianten. Uit onderzoek blijkt dat we al voor onze geboorte, dus tijdens de zwangerschap, gevoelig zijn voor de emoties en omstandigheden van onze moeder. Wanneer zij tijdens de zwangerschap geschokt raakt of zich zorgen maakt omdat de zwangerschap niet gepland was of verdrietig is omdat een geliefde vriendin of haar moeder overlijdt dan neem je als in aankomst zijnde kindje al eerste ervaringen van de moeder mee zonder dat we het ons bewust zijn. Ook de manier waarop onze ouders intimiteit en seksualiteit beleven heeft invloed op ons latere leven en ons vermogen ons te verbinden. Het verlangen om ons te verbinden blijft echter kaarsrecht overeind al zal het voor sommige mensen een pijnlijker proces zijn om je hier weer mee te verbinden als voor anderen die een meer evenwichtige start hebben gehad.

In onze adolescentie vinden er op het gebied van seksualiteit aardverschuivingen plaats en volgens ons helpt het als de periode voorafgaande aan deze roerige fase zo goed mogelijk verlopen is. Echter in deze fase kan ook een slechte start deels overschreven worden wanneer er een evenwichtige pubertijd is.
In de fase van de vroege volwassenheid die daarop volgt stelt de Deens-Amerikaanse psychoanalyticus Erik Erikson dat we het conflict intimiteit versus isolement hebben op te lossen. Als we dit conflict voldoende oplossen kunnen we in de volgende fase van de vroege volwassenheid liefdevolle, intieme, seksuele relaties en hechte vriendschappen vormen. Als we dit conflict onvoldoende oplossen ontstaat er angst voor relaties met anderen. Vaak leven we een combinatie van beiden.

Programma

In deze avondworkshop willen we graag samen met jullie een eerste stap maken om bij onszelf te onderzoeken hoe we ons in onze relaties verhouden. Dit doen we o.a. door een korte inleiding, een korte oefening en vervolgens door te werken met de 7 stoelen van intimiteit en seksualiteit. Dit is een model uit de psychodrama dat door Peter John Schouten is ontwikkeld en dat prachtig kan laten zien waar we staan in onze ontwikkeling met betrekking tot ons vermogen werkelijk intiem en/of seksueel te zijn. Daarnaast biedt dit model prachtige handvatten om hierin te oefenen (door ons bewust te worden hoe we ons voelen en gedragen). Er is hierin geen goed of fout en vrijwel iedereen heeft hierin iets te leren.

Wij nodigen je hierbij van harte uit deze ontdekkingstocht samen aan te gaan. Wij zorgen voor kleine stappen en een veilige bedding. Zoals na alle avondworkshops willen we in de toekomst een workshop van een middag of hele dag over dit thema ontwikkelen. De avond is zowel geschikt voor singles als voor mensen die in een relatie zitten. En samen met je partner komen mag uiteraard ook.

Praktische informatie thema avond:

Wanneer: maandag 24 juni 2019
Waar: Marijkeweg 22, 6709 PG Wageningen
Tijd: 19.30 – 22.00 uur
Begeleiding: Jenny Kieskamp en Jan Gunther
Vergoeding: € 30,00 per avond 
Opgave via Jenny Kieskamp:  post@maan.nu of contactformulier op www.vitaal.nu (zie ook agenda)

Warme groet, Jenny en Jan.

Opstellingen thema avond ‘Afstand en nabijheid’

Afstand en nabijheid

Met de ervaringen van afstand en nabijheid uit onze kindertijd leren we tegelijkertijd of het veilig is in de wereld of niet. In het laatste geval zijn we bang geworden, doordat we als kind in situaties terechtkwamen die we als onveilig of levensbedreigend hebben ervaren. Bijvoorbeeld door het meemaken van ongelukken, ziekte of een vroege dood van één van de ouders. Of door ongewenste grensoverschrijding waartegen je als kind machteloos was, of omdat we teveel alleen gelaten zijn, teveel ruimte hebben gekregen maar geen kaders of grenzen.

Vanuit het gevoel van onveiligheid kunnen we twee bewegingen maken. De ene beweging gaat over afstand nemen. De kwaliteiten die erbij horen zijn zelfstandig handelen, alleen kunnen zijn, goed weten wat je wilt, maar ook de schaduwkanten als geen hulp aan kunnen nemen, afzonderen, op afstand blijven of anderen op afstand houden. Deze vorm van zelfstandigheid lijkt aantrekkelijk maar kan door mensen tegelijkertijd als pijnlijk ervaren worden; ‘blijkbaar moet ik het (weer) alleen doen’. En dat is ook hoe je het werkelijk ervaart.

De andere beweging is gericht op vervloeien met de ander. De kwaliteiten die hierbij horen zijn: inleven in de ander en rekening houden met anderen, openstaan voor ideeën en flexibiliteit. De schaduwkanten die hierbij horen zijn geen grenzen aan kunnen geven, moeite hebben met een eigen mening vormen en innemen en weinig zelfvertrouwen.
Vaak kennen we beide bewegingen en wisselen deze af, meestal hebben we wel een voorkeursbeweging.

Herhalend patroon versus verlangen

We herhalen de beweging van afstand of nabijheid in onze werk en in ons privéleven. Wanneer we samenwerken, zichtbaar moeten zijn, we vriendschappelijke of liefdesrelaties aangaan of als we voor de keuze staan willen we wel of geen kinderen krijgen. We herhalen onbewust onze oude patronen ook als ze tegen ons verlangen ingaan. Verlangens naar intimiteit, naar invloed uitoefenen, naar je eigen leven leiden of ontspannen aanwezig kunnen zijn in je gezin of relatie. De stem van het verlangen is vaak zacht en vraagt om gehoord worden, in de stilte. Een verlangen kan ook steeds sterker klinken en op een dag luid op je deur aankloppen.

Ben je nieuwsgierig naar hoe ‘afstand en nabijheid’ speelt in jouw leven en welke belemmerende patronen jou weerhouden om je diepste verlangens te leven? Wil je misschien de minder aanwezige pool meer ruimte geven? Of ben je gewoon nieuwsgierig en wil je graag onderzoeken hoe dit thema speelt in jouw leven? Neem dan deel aan deze thema opstellingenavond. We zullen de avond starten met een korte inleiding en een paar ervaringsgerichte oefeningen. Daarna is er ruimte voor opstellingen. Ook deelnemers zonder ervaring met opstellingenwerk zijn van harte welkom.

Opstellingen thema avond: Afstand en nabijheid
Wanneer: maandag 8 oktober 2018
Waar: Marijkeweg 22, 6709 PG Wageningen
Tijd: 19.30 – 22.00 uur
Begeleiding: Jenny Kieskamp en Jan Gunther , even voorstellen >>
Vergoeding: € 25,00

Inschrijven>>

De moed om te vertrouwen

Wie eerst?

Een manager van een middelgroot bedrijf voert een kennismakingsgesprek met de nieuwe teamleider die o.a. een inhoudelijke rol gaat vervullen binnen zijn afdeling. Het gesprek verloopt helaas stroef. De manager concludeert dat hij eerst wel eens wil zien hoe de teamleider zich gaat opstellen en of hij het waar gaat maken. Als de manager een paar weken de teamleider nog eens spreekt zegt de teamleider op zijn beurt: ‘dat was een vervelend gesprek en ik weet nog niet of ik jou wel kan vertrouwen’.

En zo wacht iedereen op een ander. Het wordt bijna een spel, wie durft als eerste openlijk de ander vertrouwen en ruimte te geven? Zelf heb ik als trainer, coach een aantal keren onvoorwaardelijk vertrouwen van een opdrachtgever ervaren. In die situaties krijg ik vleugels, neem ik van harte verantwoordelijk voor mijn taak en voel ik aangemoedigd om mijn kwaliteiten vrij-uit in te zetten. En is dat niet precies wat we graag van medewerkers willen?

De beweging van controle naar vertrouwen

Vertrouwen, en daarmee ook het loslaten van controle, lijkt op dit moment één van de belangrijkste thema’s in organisaties te zijn. Mensen vertellen me over hun behoefte om meer vanuit vertrouwen, in verbinding en vanuit oprechte drijfveren en kwaliteiten te willen werken. Dat het niet meer vervullend is om dingen te doen vanuit platgelopen paden of omdat iemand anders het simpelweg oplegt. Medewerkers willen weten waarom iets belangrijk is, zelf nadenken en eigen verantwoordelijkheid, zonder onmiddellijk teruggefloten te worden. Leidinggevenden die verwachten dat anderen klakkeloos doen wat zij zeggen hebben het nu moeilijk. Zij zullen helder moeten uitleggen waar de organisatie naar toe beweegt, en welke plek en bijdrage iedereen daarin heeft, passend bij de kwaliteiten en drijfveren van de medewerkers. En minstens net zo belangrijk: medewerkers hebben ruimte en vrijheid nodig om eigen keuzes te kunnen maken. Zodat ze zelf kunnen bepalen hoe ze hun doelen gaan halen. Anderzijds kunnen medewerkers niet meer verwachten dat leidinggevenden alle problemen voor hen oplossen en nemen we gelukkig eindeloos geklaag en onterechte excuses niet meer al te serieus. En is het niet meer dan logisch dat een organisatie verwacht dat er heldere afspraken gemaakt worden over verwachtingen en resultaten. Want werken vanuit vertrouwen gaat hand in hand met verantwoordelijkheid geven en nemen.

Het is niet meer dan logisch dat het komen tot ‘werken vanuit vertrouwen’ gebaat is bij persoonlijk contact. Daadwerkelijk geïnteresseerd zijn wat een ander drijft en verwacht, het uitwisselen van wat goed gaat als ook van waar verbeteringen mogelijk zijn. Een leidinggevende die zichzelf goed kent en openlijk zijn eigen ideeën en gevoelens durft te delen heeft daarbij een duidelijke voorsprong.

Onszelf vertrouwen

Het nadenken over hoe we een ander vertrouwen of vertrouwen ontvangen is één ding, het wordt spannender als we onszelf de vraag stellen: in hoeverre vertrouw ik op mezelf? Wanneer heb ik voor het laatst tijd genomen om mezelf eens af te vragen wat ik werkelijk belangrijk vind en hoe ik mijn tijd door wil brengen? Ben ik eerlijk tegen mezelf als ik kijk hoe tevreden ik ben met het werk dat ik doe? Of loop ik al weer een hele tijd rond op de automatische piloot. En als ik dan de stem van mij hart hoor of de stem in mijn hoofd, heb ik dan de moed om daar werkelijk naar te luisteren en stappen te zetten om mijn verlangen te volgen? Of laat ik mijn keuzes vooral afhangen van wat anderen vinden? Als ik bepaalde doelstellingen formuleer kan ik dan van mezelf op aan dat ik daar wekelijks tijd en aandacht aan besteed? Of eindig ik weer op de bank voor de tv, want dan hoef ik geen initiatief of verantwoordelijkheid te nemen of kan ik dat probleem nog even uitstellen in plaats van na te denken over een oplossing. Ga ik liever eindeloos vergaderen in plaats van daadwerkelijke verbeteringen voor de afdeling te organiseren. Zijn er in mijn hoofd genoeg redenen om mezelf te sussen en goed te praten dat ik deze week opnieuw te weinig in sporten en ontspanning heb geïnvesteerd. Ofwel kan ik van mezelf op aan?

Loslaten

Als we steeds vaker de moed vinden om te vertrouwen en onze diepste drijfveren en verlangens volgen dan kan dat niet zonder loslaten. Loslaten van bijvoorbeeld oude zekerheden als ‘als ik hier blijf werken dan weet ik tenminste wat ik heb’ want het werk vervult niet meer maar de collega’s zijn wel gezellig. Of: ‘ik hoef nu maar tien minuten te fietsen en bij een nieuwe baan weet je dat maar nooit’. In het laatste geval zijn we mogelijk ook iets teveel in onze comfortzone beland, dat we het gewoon vinden om niet te veel te moeite te doen. Terwijl …. ga maar eens een stuk tegen de harde wind in over de dijk fietsen, een nog niet helemaal vast omschreven nieuwe taak aan, de lastige klant bellen met het vertrouwen dat het misschien toch iets op gaat leveren… als je daar mee bezig bent zou je wel eens meer energie en vervulling kunnen ervaren dan wanneer je blijft waar je bent. Zekerheid, controle, veiligheid lijken aantrekkelijk maar houden ons meestal klein en in de slaapstand.

Hoe kun je daar een beetje los van komen? Onze behoefte aan zekerheid en controle wordt minder belangrijk als we genoeg duidelijkheid in ons leven weten te creëren (wat belangrijk voor ons is), daar zoveel mogelijk naar leven en veranderingen maken door kleine stappen te zetten.

Een ander iets om los te laten is, is het idee dat alles altijd perfect moet gaan. Nieuwe wegen bewandelen kan niet zonder kleine experimenten zodat je kan ervaren wat het nieuwe je oplevert en zodat je onderweg kan bijsturen.

Actief aan de slag met het thema Vertrouwen:

  • Interactieve lezing ‘Waardengestuurd werken’ op woensdag 23 mei 19.30 uur in Wageningen
  • Opstellingenbijeenkomst ‘De moed om te vertrouwen’, donderdag 31 mei 19.30 in Wageningen
  • Coachend leidinggeven vanuit vertrouwen: van controle naar loslaten, in company of individueel

Ben jij van het leren of van het presteren ?

Leren doen we als vanzelf, je hoeft maar naar een klein kind te kijken dat leert lopen. De hele dag door is het aan het oefenen, één-twee stappen en boem. En dan direct weer opnieuw beginnen, onvermoeibaar. Leren is voor kinderen een spel. Hoe leuk vinden we het als volwassenen nog om te leren leren? Hoe is het om ‘op je plaat te gaan’, te falen in plaats van te presteren? En wat is dan je reactie? Nog eens proberen! Of juist je terugtrekken ‘dat moet ik niet nog eens proberen’. Of ga je uitleggen waarom het zo is gegaan en dat je er ook niets aan kunt doen. Ik moet mezelf regelmatig aanmoedigen om het weer opnieuw te proberen: toe maar, nog een keer! En net zo belangrijk: ‘hoe ga je het de volgende keer anders doen?!’

Kun je je nog het moment herinneren dat je als kind een compliment kreeg? Ik weet nog goed hoe ik bij handvaardigheid op de basisschool een compliment kreeg van de leerkracht toen ik in de 10-uur-pauze de stekker van de cirkelzaag voor de zekerheid uit het stopcontact haalde.

Je doet iets en je krijgt een compliment. Blijkbaar is het goed als ik het op die manier doe.

Als je vaak een compliment krijgt voor hetzelfde gedrag (verantwoordelijkheid nemen in dit geval) zul je geneigd zijn om het zo te blijven doen. (Mijn valkuil werd vervolgens dat ik minder snel aanvoelde waar de verantwoordelijkheid van de ander begon). Het leren is dan stilgezet.

We hebben geleerd om onze doelen SMART te maken zodat we kunnen meten of we het hebben gehaald. En het liefst zeggen we natuurlijk, het is gelukt, kijk eens hoe goed ik het gedaan heb?!

Om met plezier te leren hebben we naast de SMART doelen ook leerdoelen nodig. Daarbij mag je gewoon zeggen: ik wil graag beter worden in engels conversatie. Niks targets, gewoon leren door te doen, naar Engeland te gaan, engelse boeken te lezen en nieuwsgierig te zijn naar de betekenis van de woorden die je tegenkomt.

Zo herinner ik me ineens uit m’n studententijd het dagelijkse tafereel waarbij een huisgenoot tijdens het avondeten het Nederlandse woordenboek naast zijn bord had liggen. Hij zocht regelmatig de omschrijving van een woord op dat hij in de krant had zien staan. Als je denkt dat hij de taal niet meester was, vergis je je, hij deed het taalspel al jaren. Ik kende niemand met zo’n grote woordenschat als hij en we hadden tijdens het eten altijd een origineel gespreksonderwerp.

Ben je van het leren of nog vaak gericht op presteren met de hoop complimentjes te krijgen?

Wat heb je geprobeerd, waarbij je gefaald hebt en ga je nu vol goede moed nog eens proberen? Waarin ga jij jezelf aanmoedigen?

Waarvan zeg jij: daar wil ik graag beter in worden? En waar kun je dat op een leuke manier uitproberen?

 

Veel plezier !!

 

Workshop: Vrijwilligerswerk! Wat past bij mij?

Ook bij vrijwilligerswerk gaat het om ‘wie ben ik, wat kan ik en wat wil ik’. Een goede match tussen vrijwilliger en organisatie zorgt voor duurzame samenwerkingsrelaties.

(Aankomende) vrijwilligers kunnen daarom in Wageningen meedoen met de workshop ‘Vrijwilligerswerk! Wat past bij mij? Deze is op donderdag 5 oktober van 13.30 tot 15.00 uur.  Voor meer informatie en opgave lees verder op: vrijwilligers centrum wageningen